het blinde meisje hoofdstuk 3

Het blinde meisje.

Hoofdstuk 3:

Terwijl ze steeds dichter bij het kasteel aan komen , maakt Yuu zich zorgen om Nikaya. Hij weet dat ze nog steeds boos is en hij weet niet of dat wel zo handig is in de situatie. Hij kijkt naar de grote hond die Sesshomaru moet voorstellen. Yuu zucht. Dan ziet hij dat Nikaya haar ogen dicht heeft. ‘Hm vraag me af waarom ze haar ogen gesloten heeft.’

Nikaya slaapt half. Ze heeft haar ogen gesloten maar ze slaapt niet helemaal. Ze weet niet goed wat haar te wachten staat maar het zal waarschijnlijk een hele verandering zijn in haar leven. Ze opent haar ogen en zo als gewoon lijk is alles zwart behalve de kleuren van de aura’s. Nikaya zucht.’ Ik vraag me af wat er zal gebeuren als ik een demon wordt.’ Plotseling stop Sesshomaru met rennen.

Yuu kijkt op.” Is er wat Sesshomaru-sama?” vraagt hij. Sesshomaru gromt. Yuu zegt:” Nikaya-sama, misschien zou u even van Sesshomaru-sama af kunnen gaan zo dat hij terug kan veranderen.” Nikaya klimt van Sesshomaru’s rug en gaat bij Yuu staan. Sesshomaru verandert terug en zegt:” Vanaf hier lopen we verder.” Hij begint te lopen. Yuu stapt van zijn paard af en trekt Nikaya mee.

Na een tijdje komen ze bij het kasteel aan. Als de poorten open gaan, komt Jaken aan gerend. “ Sesshomaru-sama, wie is dat? Waarom heeft u twee mensen bij u?” Sesshomaru kijkt hem geïrriteerd aan.” Jaken dit zijn Nikaya en haar wachter Yuu. Ze zullen bij ons blijven vanaf nu.” Jaken kijkt Nikaya aan. Nikaya kijkt hem niet aan. Ze loopt langs Sesshomaru en loopt het kasteel in. Opeens worden haar benen geknuffeld. Ze kijkt naar beneden en ziet een aura van een jong kind.” Wie ben jij ?” vraagt ze. Rin kijkt haar aan en zegt: “ Ik ben rin en jij ?” “ Ik ben Nikaya.” Rin glimlacht en rent naar Sesshomaru. Ze kijkt hem aan en vraagt hem waar hij was. Sesshomaru geeft geen antwoordt maar aait haar over haar hoofd. Nikaya vraagt: “ Sesshomaru-sama wat zal er nu gebeuren?” “ Jij zult voor rin gaan zorgen.” Nikaya knikt. Ze zegt tegen Rin dat ze haar moet volgen en gaat naar de tuin.

Sesshomaru gaat naar zijn vetrekken en rust uit van de vermoeide reis. Yuu blijft bij Nikaya en houdt haar in de gaten. Opeens kijkt Nikaya op. Yuu kijkt om en ziet dat er een demon de tuin in komt lopen. “ Een goede middag , mag ik vragen wat u hier doet?” vraagt de vreemde demon. Nikaya kijkt hem aan en zegt niks. Rin springt op en rent vrolijk naar de vreemde demon.” Kainenu-sama wat doet u hier? Komt ook spelen met rin?” Kainenu glimlacht en zegt: “ Nee rin ik moet vandaag Sesshomaru helpen.” Rin kijkt bedroeft. Nikaya ziet de verandering van de kleur van rin’s aura.
“ misschien wilt heer kainenu zo meteen met ons spelen.” Zegt ze snel. Rin draait zich om en kijkt haar glimlachend aan. Nikaya glimlacht als de kleur van Rin’s aura weer verandert.

Dan richt ze zich naar de demon aura naast haar.” Heer Kainenu het spijt me dat ik me niet heb voor gesteld. Ik ben Nikaya.” Kainenu kijkt haar verbaasd aan. Nog nooit heeft een meisje haar excuus aan geboden omdat ze haar naam niet had gezegd. Hij kon voelen dat zij speciaal was.” Het geeft niet Nikaya-chan.” Nikaya bloost omdat hij haar chan noemt. Kainenu lacht.

Dan komt Sesshomaru naar buiten gelopen.” Kainenu waar blijf je? We hebben nog veel werk te doen.” kainenu lacht.” Sorry Sesshomaru, ik was even in gesprek met Nikaya-sama.” Sesshomaru kijkt hem alleen maar aan. Kainenu zegt zijn gedag tegen Rin en Nikaya en rent naar Sesshomaru. Dan gaan de twee demonen naar binnen en laten Rin en Nikaya alleen.

Er gaan een paar uur voor bij en het begint donker te worden. Yuu kijkt naar de lucht en ziet dat het donker begint te worden. Hij roept Nikaya en Rin naar binnen en brengt hen naar Rin’s kamer. Daar wacht hij met hen tot er een bediende komt die hen naar de eetzaal brengt.
Daar zitten Sesshomaru en Kainenu te praten. Nikaya schuift een stoel naar achter voor Rin en helpt haar in de stoel. Dan helpt Yuu Nikaya. Sesshomaru kijkt op.” Yuu als ze een demon is moet ze dat zelf doen. Hang niet zo de vader uit.” Yuu fronst maar buigt wel.” Ja Sesshomaru-sama.” Kainenu kijkt naar Nikaya en ziet dat ze boos is maar er niks van zegt. Kainenu zegt niks en begint met eten. Nikaya kijkt alleen maar naar haar bord. Yuu eet vredig. Rin ziet dat Nikaya niet aan het eten is.” Nikaya-sama waarom bent u niet aan het eten?” vraagt ze bezorgd. Sesshomaru kijkt op. Nikaya zegt niks en blijft naar haar bord kijken.” Luister meisje als jij niet gauw wat eet zul je meteen naar je kamer worden gebracht.” Zegt hij. Nikaya kijkt op naar hem. Haar ogen hebben een lege blik. “ Sesshomaru-sama ik heb geen honger.” Zegt ze. Sesshomaru zucht.” Ga dan maar naar je kamer.” Nikaya staat op en vraagt een bediende om haar de weg te wijzen.

Als ze in haar kamer is kleed ze zich uit en neemt ze een bad. Dan kleed zich om in haar slaapkimono en gaat in haar bed liggen. Ze kijkt naar het plafon. Dan valt ze in slaap.

Nikaya’s droom:

Een meisje staat naast haar vader. Ze lacht naar hem. Haar vader lacht terug. Dan opeens komen er allemaal mannen zwaarden. Het zijn demonen. Nikaya kan het zien. Ze beginnen te praten met haar vader.” Wat doet zij nog hier Yuukan? Je weet dat ze het niet gewilde kind is.” Zegt een van de demonen. Haar vader gaat voor Nikaya staan en zegt:” Wat dan nog. Zij is mijn kind en dat zal niet veranderen.”

De scene verandert. Nikaya staat buiten bloemen te plukken. Dan worden er opeens stenen naar haar gegooid. Ze kijkt om en ziet een stel demon kinderen staan.” Jij bent slecht. Jij bent niet gewild. Ga weg mensen kind.” Nikaya barst in tranen uit en rent naar het kasteel van haar vader. Daar staat haar moeder op haar te wachten. Nikaya rent in haar armen en huilt. Haar vader komt aan gelopen en vraagt wat er aan de hand is. Haar moeder vertelt wat er gebeurt is. Haar vader’s ogen worden rood.” Hoe durven ze om haar uitschelden voor mensenkind. Ze is een pure volbloed demon.” Nikaya rent naar hem toe en knuffelt haar benen. Yuukan knielt neer en tilt haar op.” Stil maar liefje.” Nikaya valt in slaap op zijn schouder. Yuukan glimlacht en brengt haar samen met zijn vrouw naar haar kamer.

Later die avond wordt Nikaya wakker. Ze ruikt rook. Ze klimt uit bed en loopt de hal in. Dan ziet ze dat het kasteel in de hens staat. Ze begint te panieken.” Papa, mama, waar zijn jullie?” Ze rent naar de slaapkamer van haar ouders. Die liggen daar te slapen. Ze maakt ze wakker. Yuukan kijkt op en ziet Nikaya die helemaal in paniek is. Voor dat hij kan vragen wat er is ruikt hij brand. Hij trekt zijn vrouw uit bed en zegt dat ze Nikaya uit het kasteel moet halen. Aiko pakt Nikaya en rent door de hal. Dan valt ze. Nikaya valt op de grond en komt zo dicht bij het vuur dat het haar ogen pijn doet. “ Mama mijn ogen!!” schreeuwt ze. Aiko staat vlug op en kijkt naar Nikaya ogen. Ze zijn wit geworden. Ze schrikt. De voorspelling kwam dus uit. Nikaya zou blind worden. Aiko neemt Nikaya in haar armen en rent door de hal. Opeens komen er demonen de hal binnen.” Geef het meisje aan ons en we zullen je geen pijn doen.” Aiko zet Nikaya neer en zegt:” lieverd luister goed. Je moet zo snel mogelijk het kasteel uitkomen. Papa zal je komen zoeken.””Maar mama en jij dan? Ga jij niet mee.” Haar moeder glimlacht bedroefd en zegt dat ze demonen gaat tegen houden. Nikaya snikt maar luistert naar haar moeder en rent zo snel mogelijk naar buiten. Dan hoort ze een schreeuw. Het was haar moeder. Nikaya rent terug en ziet haar moeder op de grond liggen. Dood. Tranen beginnen te stormen. De demonen hadden haar moeder vermoord. Nikaya kijkt naar de demonen. Ze lopen te grijnzen terwijl ze een vrouw hebben vermoordt. Nikaya begint te huilen. De demonen zien haar en rennen naar haar toe met messen. Nikaya wordt bang. Ze sluit haar ogen. Dan voelt ze een arm haar pakken en dat ze wordt weg gedragen. Nikaya opent haar ogen en ziet dat haar vader haar heeft op gepakt en haar naar buiten draagt. Nikaya kijkt naar zijn gezicht. Er lopen tranen over. Als ze vergenoeg van het kasteel vandaan zijn laat haar vader Nikaya los. Hij zakt door zijn knieën. Nikaya knuffelt hem. Samen huilen ze om haar moeder die haar leven gaf voor haar dochter.

Einde hoofdstuk 3